Wat betekenen termen als embryo, foetus en andere?

Baarmoeder (uterus)

Vrouwelijk orgaan waar de baby zich ontwikkelt gedurende de zwangerschap. 

Baarmoedermond (cervix)

De onderste opening van de baarmoeder, die de verbinding maakt naar de vagina, en zo naar de buitenwereld.


Embryo

Zo heet de vrucht tijdens de beginnende zwangerschap. In deze fase worden de organen gevormd. Er is beginnende hartactiviteit op drie weken na de bevruchting. Op twaalf weken zijn alle belangrijke lichaamsstructuren en organen gevormd. 

Foetus

Zo heet de ongeboren baby later in de zwangerschap. De ongeboren baby heeft nu een duidelijk herkenbare menselijke structuur. Tijdens deze foetale fase groeien de organen nog verder en blijven ze zich verder ontwikkelen. 


Laatste menstruatie

Hiermee bedoelt men de datum van de eerste dag van de laatste maandstonden vóór de bevruchting. Dit is het startpunt vanwaar de duur van de zwangerschap meestal berekend wordt.

Zwangerschapsduur

Hiermee drukt men uit hoe lang iemand zwanger is. Dit is het aantal weken zwangerschap geteld vanaf de eerste dag van de laatste menstruatie. 

Conceptie (of bevruchting)

Het samensmelten van een mannelijke zaadcel en de vrouwelijke eicel om een menselijk wezen in zijn allereerste stadium te vormen: het embryo. Vanaf dit moment komen de celdelingen op gang en begint het embryo te groeien.

Embryonale leeftijd

Hiermee drukt men uit hoe oud het embryo is. Aangezien de bevruchting pas optreedt 2 weken na de laatste menstruatie, is de embryonale leeftijd 2 weken minder dan de zwangerschapsduur. De embryonale leeftijd kan exact berekend worden met een echografie. 

Trimester

Een zwangerschap duurt 40 weken, en wordt opgedeeld in het eerste trimester, het tweede trimester en het derde trimester. Dit is telkens een periode van drie maanden.

Voldragen zwangerschap

De baby is klaar voor de geboorte op 40 weken zwangerschapsduur. Op dat moment spreekt men van een voldragen zwangerschap. Soms wordt de baby ruim voordien geboren (vroeggeboorte).